Vitens heeft een overeenkomst gesloten met het Israëlische nationale waterbedrijf Mekorot. (Drink)water in die regio is schaars en is in handen van Mekorot, een Israëlisch staatsbedrijf. Mensenrechtenorganisaties uiten hun bezorgdheid over de overeenkomst tussen Vitens en Mekorot.
Mekorot pompt namelijk drinkwater op uit onder andere de bezette gebieden, waar Palestijnen zeer beperkte toegang hebben tot drinkwater, en vervoert dat drinkwater naar haar nederzettingen. Het risico dat een Nederlands publiek bedrijf zich gaat mengen in het conflict ligt dus op de loer. GroenLinks Statenlid Robert Jansen maakt zich dan ook zorgen en vraagt opheldering aan het provinciebestuur van Overijssel, aandeelhouder van Vitens. ‘Ik wil precies weten wat Vitens met Mekorot heeft afgesproken.’
Het Nederlandse Kabinet en bedrijven zijn op dit moment op handelsmissie in Israël. Een bezoek tussen Mekorot en minister Ploumen is deze week afgezegd door de minister. Jansen: ‘Het lijkt erop dat ook deze minister niet graag betrokken raakt bij Mekorot. Is het dan wél verstandig Vitens te laten samenwerken met Mekorot, is één van de vragen die GroenLinks heeft voor het provinciebestuur.’ De provincie Overijssel is aandeelhouder van Vitens, en daarmee verantwoordelijk voor de handelswijze van Vitens.
Mensenrechtenorganisatie United Civilians for Peace (UCP) (een samenwerkingsverband van ICCO, Cordaid, Oxfam Novib en IKV Pax Christi) ziet Mekorot ook niet zitten. Zij roepen het Nederlandse Kabinet op, Mekorot te schrappen uit de lijst van bedrijven die zaken mogen doen met Nederlandse bedrijven tijdens de handelsmissie. Jansen: ‘Als minister Ploumen in dit licht de ontmoeting met Mekorot heeft afgezegd, zou het onwenselijk zijn dat Vitens wél zaken doet met deze organisatie.’